Logo Streekziekenhuis Koningin Beatrix.
 
Klik op deze knop om alle folders te doorzoeken.Zoek folders
Klik op deze knop om dit document te printen.Print pagina
Klik op deze knop om dit document als PDF te downloaden.Download PDF
Klik op deze knop om de tekstgrootte te vergroten.Grotere tekst
Klik op deze knop om de tekstgrootte te verkleinen.Kleinere tekst

PiMS folder informatie logo

Chirurgie

Amputatie van (een deel van) een arm of been

Amputatie van (een deel van) een arm of been

De knop om deze folder als favoriet te markerenFavorietDe knop om deze folder per email door te sturen.Stuur door
Onder een amputatie wordt verstaan het afzetten van een deel van het menselijk lichaam, bijvoorbeeld een teen, voet, been, vinger, hand, arm, of een deel ervan. Duidelijk is dat een amputatie een ingrijpende gebeurtenis is voor patiënt, familie, omgeving, maar ook voor de arts. Daarom zal pas na zeer zorgvuldig afwegen een dergelijke operatie worden voorgesteld. De redenen om een amputatie te adviseren kunnen verschillend zijn. Toch komen ze in feite allemaal op hetzelfde neer: er is meestal zodanige weefselschade (beschadiging of versterf), dat het niet amputeren ernstige gevolgen heeft voor het verdere leven. Meestal betreft het patiënten met ernstige vaatproblemen, die niet meer met een bloedvatoperatie geholpen kunnen worden.

Bij ernstige weefselschade is de kans op een voortschrijdende infectie erg groot, zeker bij patiënten die daarbij ook nog suikerziekte (Diabetes Mellitus) hebben. Een amputatie kan dan de enige kans zijn om het leven te behouden. Ook kunnen ondraaglijke pijnklachten, veroorzaakt door een ernstige zenuw- of vaatschade, aanleiding zijn om een aangedaan been te amputeren. Bij een ongeval kan er een zodanige weefselschade optreden, dat slechts met een amputatie het leven gered kan worden.

De operatie
Levensbedreigende situaties, waarbij vóór de operatie vaak geen of onvoldoende overleg heeft kunnen plaatsvinden, worden hier buiten beschouwing gelaten. Onder normale omstandigheden neemt de arts de procedure rond de amputatie met u door.
Voor de operatie wordt het amputatieniveau besproken, veelal in overleg met de revalidatiearts. Bij een amputatie van een deel van het been wordt het amputatieniveau niet zozeer bepaald door het niveau van de weefselschade, maar door de plaats waar na de operatie een prothesevoorziening moet worden aangebracht. Zo kan bij een ernstige infectie van de voet het amputatieniveau niet bij de voet of enkel komen te liggen, maar een handbreed onder de knie. Onder dat niveau is namelijk geen goede en stabiele prothesevoorziening mogelijk en een amputatie bij de enkel zal te dicht bij de infectie zijn.
In het algemeen wordt de wond gesloten, maar bij een groot risico op infectie kan het verstandig zijn de wond later te sluiten. In dat geval wordt pas na een paar dagen, wanneer de infectieverschijnselen onder controle zijn, de stomp gecorrigeerd en de wond gesloten.


Mogelijke complicaties
Geen enkele operatie is zonder risico’s. Zo is ook bij amputaties de normale kans op complicaties aanwezig, zoals nabloeding, wondinfectie, trombose of longontsteking. Als gevolg van het vaak grote wondoppervlak en het feit dat veelal weefselschade de reden is voor een amputatie, kunnen nabloedingen en met name infecties vaker voorkomen. Het is goed u te realiseren dat de mate van weefselschade voor de operatie aan de buitenkant niet betrouwbaar is vast te stellen. Het komt daarom wel eens voor, dat de arts tijdens de operatie moet besluiten een groter deel te amputeren dan in eerste instantie gedacht werd en met u besproken is. Ook kan het voorkomen, dat bij nader inzien wordt vastgesteld dat bij de operatie te weinig is geamputeerd. De wond wil dan niet genezen, de weefselschade kan doorgaan en er is een nieuwe operatie nodig.

Een veelvoorkomend en hinderlijk fenomeen is de fantoomsensatie of fantoompijn. De bij de amputatie doorgesneden zenuwen blijven prikkels doorgeven naar de hersenen alsof het geamputeerde lichaamsdeel er nog is, wat daarbij vreemd aan kan voelen of pijn kan doen. Hinderlijke fantoomverschijnselen zijn tegenwoordig met medicijnen of injecties redelijk te controleren.

Een operatie in het SKB
De chirurg heeft met u besproken hoe in uw geval de operatie zal plaats vinden. Een week voor opname wordt de operatie bevestigd door de afdeling Opname. Dan hoort u: Pré-operatief spreekuur (POS)
Voor de operatie krijgt u een afspraak bij de anesthesioloog, apothekersassistente en de verpleegkundige.

De anesthesioloog
De anesthesioloog beschikt over uw medische gegevens, uw medicijnlijst, laboratoriumgegevens en een eventueel hartfilmpje. Op basis van deze gegevens bepaalt de anesthesioloog tijdens uw bezoek of u in een goede conditie bent voor de operatie van de heup.

De apothekersassistente
Als U medicijnen gebruikt gaat u langs bij de apothekersassistente, zij bekijkt samen met u de medicatie.

De verpleegkundige
In het gesprek met de verpleegkundige komt de verzorging en behandeling tijdens uw opname in het ziekenhuis aan bod. Verder gaat het gesprek over de situatie bij u thuis en welke zorg u daar nog nodig heeft bij ontslag. Natuurlijk hebt u ook alle gelegenheid om vragen te stellen.

Antistolling

Denk aan het tijdig stoppen met het innemen van bloedverdunners (indien van toepassing).

Voor de opname neemt u mee
Enkele tips
In verband met de hygiëne geven wij u het advies vooraf thuis te douchen en eventueel aanwezige nagellak, make-up en sieraden te verwijderen. Ook eventuele piercings moeten verwijderd zijn.

Operatiedag
U meldt zich op de afgesproken datum en tijd op de verpleegafdeling. Ter verhoging van de patiëntveiligheid vragen onze medewerkers regelmatig naar uw naam en geboortedatum. Daarnaast wordt rondom de operatie meerdere malen een checklist afgewerkt, waarbij men nagaat of alle gegevens juist zijn en of alle handelingen zijn uitgevoerd. Ook bij de overdracht van de operatieafdeling naar de verpleegafdeling vindt deze controle plaats.

Voorbereiding op de operatie.

Op de afdeling wordt u door de verpleegkundige voorbereid op de operatie. De verpleegkundige geeft informatie over deze dag en neemt bijzonderheden met u door. Uw bloeddruk en uw lichaamstemperatuur worden gemeten en uw polsslag geteld. Ook wordt uw pijnbeleving gemeten.
De verpleegkundige vraagt u om een pijl te zetten op het te opereren lichaamsdeel. Tevens vraagt zij u om goed uit te plassen en u krijgt een operatiejasje aan. Sieraden (kettingen, horloge, ringen, etc.) moeten allemaal af. Bril, en/of een gebitsprothese kunt u op- of inhouden. Eventuele contactlenzen kunt beter vervangen door een bril. De lenzen moeten uit tijdens de operatie. U krijgt voor de operatie al medicatie, die de anesthesioloog heeft voorgeschreven. Dit kan iets zijn om rustig te worden en tegen de pijn. De verpleegkundige brengt u met bed naar de voorbereidingskamer (Holding). Deze kamer bevindt zich op de operatieafdeling. Hier worden de laatste voorbereidingen getroffen voor de operatie. Indien nodig wordt het operatiegebied op de operatiekamer onthaard.

Na de operatie.

Wanneer u van de uitslaapkamer mag, haalt de verpleegkundige u weer op.
Het kan zijn dat er nog een infuus, een blaaskatheter of een drain bij u aanwezig zijn.
De verpleegkundige komt regelmatig vragen hoe u zich voelt en hoe het met de pijn is. Hiervoor wordt een pijnscorelijst bijgehouden. Daarnaast wordt uw bloeddruk, polsslag, lichaamstemperatuur, de operatiewond en de hoeveelheid vocht die door de drain wordt afgevoerd gecontroleerd. De controles worden direct na de operatie regelmatig uitgevoerd, daarna steeds minder vaak.

Na de operatie
De amputatiestomp wordt na de operatie verbonden met een druk verband. Nadat de wond gesloten en de hechtingen verwijderd zijn wordt er een zogenoemd stompverband aangebracht. Dat verband wordt stevig aangebracht om de stomp goed te kunnen modelleren voor een eventuele prothese. Het verbinden van de stomp is in het begin vanzelfsprekend gevoelig. U krijgt hier pijnstilling tegen. De periode na de operatie is gericht op herstel van de wond en de ontwikkeling van de functie in het restant van het geamputeerde lichaamsdeel. Revalidatie en oefentherapie onder leiding van de revalidatiearts en de fysiotherapeut(e) worden belangrijke zaken voor u. De revalidatiearts bekijkt welke revalidatie- en prothesevoorziening er in uw nieuwe situatie mogelijk zijn. De mogelijkheden daarvan zullen sterk afhangen van uw lichamelijke conditie, bijkomende ziekte of gebreken, het amputatieniveau en de amputatiestomp. Ook de duur van uw verblijf in het ziekenhuis is mede afhankelijk van deze factoren.

Het ontslag
Afhankelijk van de situatie is het mogelijk dat na ontslag uit het ziekenhuis de revalidatie wordt voortgezet in een revalidatiecentrum of revalidatieafdeling van een verpleeghuis. Wanneer speciale thuiszorg nodig is, wordt dit vanuit het ziekenhuis geregeld.
De eerstvolgende werkdag na uw ontslag belt de verpleegkundige u thuis op om te vragen, hoe het met u is en om eventuele vragen te bespreken. Verder zal zij/hij uw ervaringen bij de opname met u nabespreken.

Vragen
Heeft u nog vragen, stel ze gerust aan uw behandelend arts of huisarts. Of neem contact op met de polikliniek Chirurgie. Wij zijn van maandag tot en met vrijdag van 08.30 - 16.30 uur bereikbaar op telefoonnummer: 0543 54 42 50.

Meer informatie

Wanneer u een amputatie moet ondergaan of een prothese gaat gebruiken, heeft u wellicht behoefte aan meer informatie en lotgenotencontact. Bij de ‘Landelijke Vereniging van Geamputeerden’ kunt u hiervoor terecht:
Serenadelaan 4, 3438 TC Nieuwegein (030 60 39 773) www.lvvg.nl

Geheimhouding en recht op privacy
Alle medewerkers van ons ziekenhuis hebben een geheimhoudingsplicht. Verder heeft u als patiënt recht op privacy. Uitgebreide informatie hierover kunt u vinden in de folder ‘De rechten en plichten van de patiënt’. Deze is verkrijgbaar op de afdeling en bij de patiënteninformatie in de centrale hal. Daarnaast is deze folder te vinden op: www.skbwinterswijk.nl

Digitaal contact
E-mail: info@skbwinterswijk.nl

Tot slot
Wij zouden het op prijs stellen, als u uw ervaringen wilt delen op de volgende website: www.zorgkaartnederland.nl

De informatie uit deze folder is ontleend aan de Nederlandse vereniging voor heelkunde via de website: www.ziekenhuis.nl


Foldernummer: chi377 versie apr 23


PIMS™ folderportaal door 4CLOUD®
  |