Logo Streekziekenhuis Koningin Beatrix.
 
Klik op deze knop om alle folders te doorzoeken.Zoek folders
Klik op deze knop om dit document te printen.Print pagina
Klik op deze knop om dit document als PDF te downloaden.Download PDF
Klik op deze knop om de tekstgrootte te vergroten.Grotere tekst
Klik op deze knop om de tekstgrootte te verkleinen.Kleinere tekst

PiMS folder informatie logo

Urologie

Blaasspoelingen met BCG

Blaasspoelingen met BCG

De knop om deze folder als favoriet te markerenFavorietDe knop om deze folder per email door te sturen.Stuur door
Onlangs is/zijn uit uw blaas tumor(en) verwijderd. Deze tumor(en) is/zijn kwaadaardig, maar niet verder gegroeid dan het slijmvlies van de blaas. Bij meer dan de helft van de patiënten komen de tumoren echter terug. Soms zijn ze dan kwaadaardiger en groeien ze wel door het slijmvlies heen, in de spier. Het is daarom nodig om met een nabehandeling de kans op terugkeer van deze tumor(en) te verkleinen. BCG is een vorm van immunotherapie om uw weerstand te verhogen. Door stimulatie van het afweersysteem van uw lichaam worden achtergebleven tumorcellen vernietigd. Het vaccin is een vloeistof die direct via een katheter in de blaas wordt gebracht.

Wat is immunotherapie
Bacillus Calmette-Guérin (BCG) is een vaccin dat sinds 1920 wordt gebruikt ter voorkoming van tuberculose. Het vaccin wordt bereid uit een bacterie die Mycobacterium bovis heet. Daarnaast is BCG een van de belangrijkste middelen in de behandeling van oppervlakkige blaastumoren. De manier waarop het middel werkt, wordt immunotherapie genoemd. BCG roept namelijk een lokale afweerreactie op tegen de tumorcellen. Immunotherapie is geen chemotherapie.

Uw behandeling met BCG
De blaasspoeling met BCG vindt plaats op de Dagbehandeling Interne Geneeskunde (DIG). Voor de eerste blaasspoeling krijgt u uitleg van een oncologieverpleegkundige. In principe krijgt u 6 weken lang één keer per week een blaasspoeling. In de regel volgt daarna een aantal zogenaamde onderhoudsbehandelingen; drie weken lang één keer per week, na 3, 6, en 12 maanden. Soms kan het zijn dat de uroloog een ander schema van de onderhoudsbehandelingen hanteert. Dit wordt per patiënt bekeken. Deze behandelingen verminderen de kans op het ontstaan van nieuwe tumoren ook op langere termijn.

Voorbereiding
Drink vanaf vier uur voor de spoeling zo min mogelijk. Ook tijdens het ophouden van de spoeling mag u niet drinken. Als u drinkt, kunt u uw plas minder goed ophouden, omdat de blaas sneller volloopt. Bovendien wordt het medicijn vermengd met urine waardoor het minder werkzaam is. Als u plastabletten gebruikt, moet u deze pas na de behandeling weer innemen. Voor elke volgende blaasspoeling vragen we u naar mogelijke bijwerkingen of bijzonderheden na de laatste blaasspoeling.

Voor het al dan niet kunnen vaststellen van een infectie wordt voorafgaand aan iedere blaasspoeling uw urine onderzocht op ontstekingscellen. Voor het onderzoek moet dit verse urine zijn. Het urinemonster moet dus in het ziekenhuis worden opgevangen. U wordt door de oncologieverpleegkundige hierover geïnstrueerd.

Tijdens de behandeling
De verpleegkundige brengt een katheter via de plasbuis in de blaas. Hiermee wordt eerst de blaas leeggemaakt waarnaar de BCG vloeistof (ongeveer 50 ml) vervolgens langzaam en onder lage druk in de blaas gespoten wordt. Hierna wordt de katheter verwijderd. Om het medicijn zo goed mogelijk te laten inwerken, moet u proberen het medicijn zo lang mogelijk in de blaas te houden, zo mogelijk 2 uur. Lukt dat niet dan mag u het natuurlijk eerder uitplassen. In deze tijd moet de oplossing voldoende in contact komen met de gehele binnenwand van de blaas. Om die reden dient u zo veel mogelijk in beweging te blijven. Als u aan bed gebonden bent, moet u zich elke 15 minuten om draaien van uw buik naar uw rug en omgekeerd. Gedurende deze tijd wordt het afweersysteem ertoe aangezet om eventuele tumorcellen die zich nog in de blaas bevinden, aan te vallen.

De eerste twee uur na de toediening van de blaasspoeling mag u niets drinken. Na de eerste poliklinische blaasspoeling plast u uit in het ziekenhuis op een door een verpleegkundige aangewezen toilet. Als het uitplassen geen problemen oplevert mag u de volgende keren direct na de toediening van de blaasspoeling naar huis en plast u thuis uit op het toilet. Mannen kunnen het beste zittend plassen. Dit is noodzakelijk om verspreiding van bacteriën te voorkomen. Als voorzorgsmaatregel en uit veiligheidsoogpunt moet u een scheut chloor in het toilet gieten, pas daarna spoelt u het toilet door met een gesloten deksel. Herhaal dit iedere keer tot zes uur na het begin van de behandeling. Het toilet is, als deze instructies worden opgevolgd, direct weer bruikbaar voor uw huisgenoten. Indien er twee toiletten beschikbaar zijn kunt u voor de eerste zes uur kiezen voor een eigen toilet, maar dit is niet noodzakelijk. Zorg er verder voor dat u na iedere toiletgebruik zorgvuldig uw handen wast.

Probeert u gedurende 48 uur extra veel te drinken 1,5 -2 liter per 24 uur om uw blaas goed schoon te spoelen. Sommige patiënten ervaren na de behandeling een branderig gevoel tijdens het plassen. Ook dit kan verminderd worden door veel te drinken. Vermijd huidcontact met de uitgeplaste vloeistof, indien dit toch gebeurt moet u de huid schoonmaken met verdunde chloor. Het toilet dient de eerste week dagelijks te worden schoongemaakt met chloor. Indien u tijdens het urineren urine buiten het toilet morst moet u de omgeving reinigen met chloor.

Mogelijke bijwerkingen tijdens de behandeling met BCG
Er doen zich tijdens behandeling met BCG regelmatig bijwerkingen voor. Deze zijn doorgaans goed te verdragen. U kunt last krijgen van de volgende bijwerkingen:
Deze reacties betekenen dat er een afweerreactie op gang gekomen is en nemen meestal binnen 24-48 uur weer af. Neem contact op met uw arts als de klachten u zorgen baren of als u denkt dat een of meer van de bijwerkingen voortzetting van uw behandeling in de weg staan. Schrijf alle mogelijke bijwerkingen in verband met uw therapie op bespreek deze met uw arts.

Neem contact op met uw arts
Als u na de blaasspoeling zware griepachtige verschijnselen krijgt, is het belangrijk dat u contact opneemt met het ziekenhuis. Het gaat om koorts die hoger is dan 38.5 C, koude rillingen, toenemende vermoeidheid, braken, hoofdpijn, duizeligheid, gewrichtspijn, bloed bij de urine of hoesten. Het is mogelijk dat u dan een infectie heeft opgelopen, waarvoor u behandeld moet worden. Tijdens kantoortijden kunt u contact opnemen met de polikliniek Urologie op telefoonnummer: 0543 54 46 30. Buiten kantoortijden kunt u bellen met de Spoedeisende Hulp op telefoonnummer: 0543 54 45 55.

Voorzorgsmaatregelen – belangrijke punten met betrekking tot gezin en leefstijl

Momenteel is onbekend welke effecten BCG op de zwangerschap heeft en behandeling wordt daarom niet aanbevolen tijdens de zwangerschap. Vertel het uw arts onmiddellijk als u vermoedt dat u zwanger bent. Vrouwen mogen geen borstvoeding geven tijdens de behandeling met BCG.

Geslachtgemeenschap
Wij adviseren om de eerste week na de spoeling bij geslachtsgemeenschap een condoom te gebruiken. Als er bij u een urineweginfectie is vastgesteld, dient de behandeling te worden onderbroken tot de uitslag van het urineonderzoek weer normaal is en de antibioticumkuur is afgerond.

Na afloop van uw BCG behandeling
Tijdens en nadat uw behandeling is afgerond, zult u regelmatig voor controle bij uw arts terug moeten komen. Tijdens deze bezoeken zullen geregeld blaas- en urineonderzoek worden verricht om afwijkende cellen op te sporen. Meestal vinden deze controles om de 3-6 maanden plaats, maar uw arts zal dit met u bespreken. Als u tussentijds klachten krijgt of nieuwe symptomen opmerkt, neem dan contact op met uw arts. Belangrijk is nog te vermelden dat áls de afspraken voor de controle cystoscopie afgezegd wordt, u moet aangeven dat u met deze behandeling bezig bent. Het streven is om met de controle cystoscopie zoveel mogelijk binnen het schema te blijven. Deze folder betreft een algemene voorlichting en is bedoeld als extra informatie naast het gesprek met uw behandelend arts. Bijzondere omstandigheden kunnen tot wijzigingen aanleiding geven. Dit zal altijd door uw uroloog aan u kenbaar gemaakt worden.

Tot slot
Deze brochure betreft een algemene voorlichting en is bedoeld als extra informatie naast het gesprek met uw behandelend arts. Bijzondere omstandigheden kunnen aanleiding geven tot wijzigingen. De uroloog bespreekt dit met u.

Geheimhouding en recht op privacy

Alle medewerkers van ons ziekenhuis hebben een geheimhoudingsplicht. Verder heeft u als patiënt recht op privacy. Uitgebreide informatie hierover kunt u vinden in de folder ‘De rechten en plichten van de patiënt’. Deze is verkrijgbaar op de afdeling en bij de patiënteninformatie in de centrale hal. Daarnaast is deze folder te vinden op: www.skbwinterswijk.nl


Foldernummer: uro489 versie okt 20


PIMS™ folderportaal door 4CLOUD®
  |