U wordt binnenkort opgenomen voor een hersteloperatie van het middenrif (diafragma). De zorg voor, tijdens en na de operatie is gericht op een snel en veilig herstel. In deze folder krijgt u algemene informatie over het beloop van de opname. Het is goed u te realiseren dat de situatie en het herstel per persoon verschillend kunnen zijn.
Anatomie en functie middenrifHet middenrif is een gespierde wand die de buikholte van de borstholte scheidt. Het middenrif kan op en neer bewegen en speelt daarmee een belangrijke rol bij de ademhaling. Wanneer de spier samentrekt gaat het middenrif omlaag, waardoor er in de borstholte een negatieve druk wordt opgebouwd. Hierdoor wordt de lucht in de borstkas gezogen. Als het middenrif ontspannen is, wordt de ingeademde lucht uit de longen geperst. Het is daarmee de belangrijkste ademhalingsspier van ons lichaam.
Als de functie van het diafragma verstoord is, heeft dat belangrijke gevolgen voor de ademhaling. Door een geheel of gedeeltelijke verlamming van het middenrif gaat deze omhoog, waardoor een of beide longen en soms ook het hart in de knel komen. Dat kan ernstige benauwdheidsklachten geven. Zo’n verlamming kan eenzijdig of tweezijdig zijn en verschillende oorzaken hebben, zoals zenuwletsel na een ongeval, een (hart)operatie of beschadiging van de nekwervels. Bij ongeveer de helft van de patiënten is de oorzaak niet bekend. Patiënten met ernstige klachten kunnen in veel gevallen worden geopereerd. Het doel van de behandeling is het behandelen van benauwdheidsklachten door vergroten van de longcapaciteit.
KlachtenMensen met een eenzijdige verlamming van het middenrif kunnen weinig klachten ervaren. De helft van hen heeft helemaal geen klachten. Op een röntgenfoto staat het diafragma hoger dan normaal. Dit wordt soms per toeval ontdekt. Patiënten met een dubbelzijdige middenrifverlamming ademen sneller en oppervlakkiger.
Veel voorkomende klachten zijn:
- Kortademigheid
- Vermoeidheid
- Beperkt inspanningsvermogen
- Niet liggend kunnen slapen
- Moeite met traplopen en vooroverbukken
Preoperatief spreekuurU wordt telefonisch benaderd vanuit het SKB voor het spreekuur van de anesthesist of de Physician Assistant (PA). Op het preoperatieve spreekuur wordt uw gezondheidstoestand gecontroleerd, omdat u algehele anesthesie (narcose) krijgt. Een apothekersassistente stelt u vragen over uw medicatie. Eventueel wordt bloed afgenomen voor laboratoriumonderzoek en gericht lichamelijk onderzoek verricht. Soms is aanvullend onderzoek in de vorm van een hartfilmpje of hartecho noodzakelijk. Ook kan de anesthesist u verwijzen naar een cardioloog of een longarts. In uitzonderlijke gevallen kan dit uitstel van de geplande operatiedatum betekenen.
MedicijnoverzichtWanneer u medicijnen gebruikt is het gewenst dat u deze meeneemt naar het preoperatieve spreekuur of een overzicht van uw medicijnen. Als u bekend bent met een allergie voor medicijnen kunt u bij uw huisarts naar de naam van dat medicijn vragen.
Op het spreekuur vertelt de anesthesist of PA u welke medicijnen u wel en niet in mag blijven nemen rondom de operatie. Als u bloedverdunners gebruikt krijgt u informatie hoe hiermee om te gaan. U wordt geïnformeerd over de gang van zaken rondom de operatie en de anesthesist bespreekt met u welke vorm van verdoving u krijgt. Hierbij wordt, voor zover dat medisch verantwoord is, rekening gehouden met uw eigen wensen. Het is heel goed mogelijk dat u op de operatiekamer niet de anesthesist ontmoet die u op de poli heeft gesproken. Al uw gegevens staan in de computer genoteerd zodat de anesthesist op de operatiekamer alles wat is afgesproken kan inzien. Ten slotte geeft u uw toestemming voor de verdoving.
De oproep voor opname De donderdag in de week voor uw opname neemt een medewerker van de afdeling Opname telefonisch contact met u op. U hoort dan de opnamedatum en op welk tijdstip wij u verwachten. De opnamedatum is dan definitief. Een enkele keer komt het voor dat een spoedpatiënt voorrang krijgt. Wij nemen dan contact met u op om een nieuwe opnamedatum met u af te spreken. De medewerker van de afdeling Opname geeft u informatie over wat u mag eten en drinken voor de operatie en zo nodig over andere bijzonderheden.
De operatieTijdens de operatie wordt het middenrif naar beneden gehaald (het reven of pliceren van het middenrif), zodat de longen en/of het hart niet meer in de verdrukking komen. De operatie wordt uitgevoerd door middel van een kijkoperatie (laparoscopie). De chirurg maakt een aantal kleine sneetjes in de buik. Hierna wordt de buik vol geblazen met kooldioxide gas. Vervolgens wordt er een speciale camera via de sneetjes in de buik gebracht om zo de buik en het middenrif te kunnen inspecteren en te reven. Voordeel van deze kijkoperatie in vergelijking met de operatie via de borstkas, is een sneller herstel, kortere ziekenhuis opname en minder pijnklachten. Na de operatie wordt een thoraxdrain (drain in de borstholte) achter gelaten; een dun slangetje voor de afvoer van wondvocht en lucht.
Na de operatie
Wanneer de operatie is afgerond, blijft u een aantal uren op de uitslaapkamer voordat u terugkeert op de verpleegafdeling. Uw behandelend chirurg belt na de operatie uw eerste contactpersoon over het verloop van de operatie. Na de operatie heeft u een infuus in de arm zodat u voldoende vocht binnen krijgt. Zodra u zelf voldoende kunt drinken en geen medicatie meer krijgt via het infuus, wordt het infuus verwijderd. De wondjes kunnen wat pijnlijk zijn, hiervoor krijgt u pijnmedicatie. U kunt misselijk zijn van de narcose. Braken gaat echter moeizaam omdat er in dat gebeid geopereerd is. Oprispingen kunnen anders aanvoelen. De thoraxdrain wordt na verloop van tijd verwijderd.
Mogelijke complicatiesBij deze operatie is er een kans op complicaties aanwezig zoals trombose, longontsteking, nabloeding en wondinfectie. Bij een nabloeding kan met spoed een nieuwe operatie nodig zijn. Bij een wondinfectie duurt de genezing langer dan normaal en kan het zijn dat uw ziekenhuisverblijf verlengd wordt. Het meest voorkomende probleem bij het reven van het diafragma is pijn ter plaatse van de drain. Het is daarom belangrijk om goed aan te geven wanneer u (te veel) pijn heeft, ondanks de medicatie.
Dieet na de operatieNa de operatie mag u alles eten, er zijn geen beperkingen aan uw dieet verbonden.
Ontslag
Bij ontslag uit het ziekenhuis, mag u uw dagelijkse bezigheden weer hervatten. Uiteraard moet u deze bezigheden rustig oppakken. Til niet te zwaar en zorg dat u tijdens het tillen rustig door kan ademen; het moet voor u dus niet te zwaar aanvoelen. Als u voor de operatie een beperkt inspanningsvermogen had en door benauwdheid niet meer kon sporten, is het goed om uw conditie weer op te bouwen. Bij de meeste vormen van cardiotraining (trainen uithoudingsvermogen) zijn er geen beperkingen als gevolg van de operatie. Krachttrainingen daarentegen moeten licht zijn, u moet de oefeningen goed uit kunnen voeren en door kunnen ademen tijdens de oefening. Het heeft onze voorkeur om dit onder begeleiding van een longfysiotherapeut te doen.
De eerste zes weken na ontslag mag u niet vliegen, duiken en niet hoog de bergen in. Dit in verband met risico op een klaplong. Zwemmen doet u eerst in water waar u kunt staan, u mag niet het water in springen. Dit heeft te maken met het verschil in druk onder het middenrif.
Leefregels adviezen die levenslang voor u gelden zijn:
- U mag niet hard persen (met de keel gesloten).
- U mag niet zoveel kracht zetten dat u uw adem vastzet.
- U mag niet ineens in het water springen of van de glijbaan.
De controleafspraak
Na uw ziekenhuisopname wordt u na enkele weken verwacht op het spreekuur van uw behandelend arts.
Contact opnemenAls u thuis bent, kunt u last krijgen van en verhoogde lichaamstemperatuur. Bij een temperatuur hoger dan 38,5 graden Celsius, of andere gezondheidsklachten is het raadzaam om contact op te nemen. Heeft u koorts, maakt u zich zorgen of heeft u andere problemen als gevolg van de operatie, dan kunt u bellen met uw behandelend arts in het ziekenhuis. Bij problemen na ontslag uit het SKB ziekenhuis belt u het ziekenhuis van uw eigen longarts of uw huisarts.
MijnSKBAltijd en overal kunt u online uw persoonlijke en medische gegevens bekijken en beheren op MijnSKB.nl. U logt veilig in met uw DigiD via een computer of tablet. Uw privacy en veiligheid van gegevens in mijn SKB zijn gegarandeerd volgens de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG).
Geheimhouding en recht op privacy
Alle medewerkers van ons ziekenhuis hebben een geheimhoudingsplicht. Verder heeft u als patiënt recht op privacy. Uitgebreide informatie hierover kunt u vinden in de folder ‘De rechten en plichten van de patiënt’. Deze is verkrijgbaar op de afdeling en bij de patiënteninformatie in de centrale hal. Daarnaast is deze folder te vinden op:
www.skbwinterswijk.nl.