Recent bent u met een verblijfskatheter uit het ziekenhuis ontslagen of hebt u een katheter op de polikliniek gekregen. De uroloog heeft met u besproken wanneer deze katheter weer wordt verwijderd. De hierbij horende procedure, wordt een mictie-observatie of TWOC (Trial Without Catheter) genoemd, oftewel observeren hoe het plassen gaat nadat de katheter is verwijderd. Deze observatie wordt poliklinisch gedaan, wat inhoudt dat ’s morgens bij u de katheter wordt verwijderd en u ’s middags terugkomt op de poli voor controle bij de verpleegkundige. In deze folder vindt u meer informatie hierover.
Voor de opname neemt u mee:- poliklinische afsprakenkaart;
- geldig legitimatiebewijs: paspoort, identiteitskaart, rijbewijs of vreemdelingendocument;
- een actueel medicatieoverzicht en/of de medicijnen die u gebruikt (in originele medicijndoosjes of de baxterrol);
- gemakkelijk zittende kleding;
- eventueel nachtkleding en toiletartikelen voor als u een nacht ter observatie moet blijven;
- een schone katheterzak of -kraantje.
Enkele tips:- Neem geen geld of kostbare bezittingen (sieraden, enz.) mee naar het ziekenhuis. Wij zijn niet aansprakelijk voor verlies of diefstal. Op de afdeling Dagbehandeling is wel een kluisje te gebruiken.
- Neem iets te lezen mee.
- Op de afdeling is televisie aangesloten waar u gebruik van kunt maken (tenzij u op de afdeling Dagbehandeling komt). Op de dagbehandeling kunt u gebruik maken van een iPad.
- U mag tijdens de opname uw eigen mobiele telefoon gebruiken op de kamer.
- Voor verdere algemene informatie over uw opname kunt u de patiënten folder: ‘Opname en verblijf’ doorlezen.
PatiëntveiligheidTer verhoging van de patiëntveiligheid vragen onze medewerkers regelmatig naar uw naam en geboortedatum.
OpnameOp de afgesproken dag en tijdstip meldt u zich op de met u afgesproken afdeling. Mocht u het prettig vinden, dan kunt u zich bij de Gastenservice in de centrale hal melden, waarna u naar de afdeling wordt begeleid. Op de afdeling wordt u ontvangen door een verpleegkundige die u wegwijs maakt. De verpleegkundige houdt een kort opnamegesprek met u, neemt de dagindeling met u door en geeft u instructies over het plassen en het residu meten. Onder het residu wordt verstaan, de hoeveelheid urine die achterblijft in de blaas na het plassen.
De verpleegkundige verwijdert vervolgens de katheter terwijl u op bed ligt. U krijgt van de verpleegkundige een urinaal of po op het toilet waarin u moet plassen mocht u hier aandrang voor hebben. Het plassen in de urinaal of po is belangrijk, omdat de verpleegkundige zo kan meten of u voldoende plast.
Gang van zaken rondom opnameHet is belangrijk dat u gedurende de opname goed drinkt. Dit wil zeggen dat u met regelmaat wat extra drinkt, maar dit niet gaat forceren! Een vuistregel is om elk uur 1-2 glazen te drinken. Hierbij is het belangrijk om niet teveel koffie of zwarte thee te gebruiken. Dit kan namelijk een prikkeling van de blaas geven en hierdoor het op gang brengen van het plassen beïnvloeden.
Als u aandrang krijgt om te plassen, mag u gewoon in de urinaal of po plassen. Meld dit nadien wel aan de verpleegkundige. De verpleegkundige kan dan door het maken van een echo van de blaas, het residu bepalen. Mocht u na 3-4 uur nog niet kunnen plassen en/of veel buikpijnklachten hebben, dan kijkt de verpleegkundige met behulp van een echo hoeveel urine u in de blaas heeft. Indien nodig wordt met de uroloog contact opgenomen voor verder overleg.
Het is belangrijk om tijdens de opname gewoon te mobiliseren en niet de gehele tijd op bed te liggen. Het mobiliseren bevordert namelijk het op gang komen van het urineren.
Wanneer naar huisDe verpleegkundige heeft met de uroloog afspraken gemaakt over hoeveel residu er achter mag blijven in de blaas. Mocht u twee keer een goede hoeveelheid (minimaal 150cc) hebben geplast en het residu is acceptabel, dan mag u met ontslag. Mocht de verpleegkundige hierover twijfelen, dan wordt er opnieuw contact opgenomen met de uroloog.
Wanneer het plassen niet goed gaatHet kan voorkomen dat het plassen niet meteen op gang komt tijdens de opname, terwijl er wel veel urine in de blaas zit. In overleg met de uroloog kan er dan besloten worden tot het opnieuw inbrengen van een katheter of het eenmalig leegmaken van de blaas door middel van een katheter. Mocht het plassen niet (voldoende) op gang komen, kan tevens worden overwogen u weer met een katheter naar huis te laten gaan. Het is daarom belangrijk dat u de katheter hulpmiddelen niet meteen weggooit na het verwijderen van de katheter en een katheterzak of –kraantje meeneemt naar de dagopname.
ProblemenDoor het langer dragen van de katheter kan het zijn dat de blaas en urinebuis wat geïrriteerd zijn. Daarom kunt u na het verwijderen van de katheter een branderig/schrijnend gevoel in de plasbuis hebben. U mag hiervoor zo nodig een paracetamol innemen om dit wat te verminderen. Deze klachten kunnen verder geen kwaad en kunnen nog tot enkele dagen na het verwijderen van de katheter aanhouden.
Daarnaast kan het zijn dat u ongewild wat urine verliest (incontinentie), doordat de blaas weer opnieuw op gang moet komen. Meestal is dit met een aantal dagen weer verminderd. U kunt hier zelf opvangmateriaal (incontinentiemateriaal) voor halen bij de drogisterij of apotheek mocht dit nodig zijn. Helaas wordt dit bij kortdurend gebruik niet vergoed door de zorgverzekering en zult u het daarom zelf moeten betalen.
Ziekte of verhindering
Als u door ziekte of een andere reden verhinderd bent uw afspraak na te komen, neem dan zo snel mogelijk contact op met de polikliniek Urologie. Wij maken dan een nieuwe afspraak met u.
VragenBij vragen over uw behandeling kunt u contact opnemen met de polikliniek Urologie. Wij zijn bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.00 – 16.30 uur op telefoonnummer: 0543 54 46 30.
Tot slot
Deze brochure betreft een algemene voorlichting en is bedoeld als extra informatie naast het gesprek met uw behandelend arts. Bijzondere omstandigheden kunnen aanleiding geven tot wijzigingen. De uroloog bespreekt dit met u.
Geheimhouding en recht op privacy
Alle medewerkers van ons ziekenhuis hebben een geheimhoudingsplicht. Verder heeft u als patiënt recht op privacy. Uitgebreide informatie hierover kunt u vinden in de folder ‘De rechten en plichten van de patiënt’. Deze is verkrijgbaar op de afdeling en bij de patiënteninformatie in de centrale hal. Daarnaast is deze folder te vinden op:
www.skbwinterswijk.nl