Logo Streekziekenhuis Koningin Beatrix.
 
Klik op deze knop om alle folders te doorzoeken.Zoek folders
Klik op deze knop om dit document te printen.Print pagina
Klik op deze knop om dit document als PDF te downloaden.Download PDF
Klik op deze knop om de tekstgrootte te vergroten.Grotere tekst
Klik op deze knop om de tekstgrootte te verkleinen.Kleinere tekst

PiMS folder informatie logo

Mammacare
Chirurgie

Nazorg na borstkanker

Nazorg na borstkanker

De knop om deze folder als favoriet te markerenFavorietDe knop om deze folder per email door te sturen.Stuur door
Samenvatting
Op deze bladzijde staat overzichtelijk samengevat welke kenmerken uw borstkanker had en welke behandelingen u hiervoor hebt gehad. Verderop in de folder leggen wij u hier alles over uit.

Deze folder is eigendom van:




patiëntensticker







Diagnostiek:
Datum biopt borst: ____ - ____- _______
Zijde: Links/ rechts
Datum biopt oksel: ____ - ____- _______
Zijde: Links/ rechts
Geschatte grootte van de tumor voor behandeling: Eventuele andere onderzoeken:
_____________________________________________________________
_____________________________________________________________
_____________________________________________________________
_____________________________________________________________
_____________________________________________________________
_____________________________________________________________
_____________________________________________________________
_____________________________________________________________
_____________________________________________________________ Uw behandeling voor borstkanker heeft bestaan uit:

Weefseluitslag
Datum schildwachtklieroperatie: ____ - ____- _______
Zijde: Links/ rechts
Datum operatie: ____ - ____- _______
Soort operatie: __________________________
Zijde: Links/ rechts

Mogelijke overige onderzoeken:
Uitleg TNM schema


P =
Na weefselonderzoek van gehele tumor
Y =
Na weefselonderzoek van de tumor na voorbehandeling met medicijnen
T =
Grootte (diameter) van de tumor
TIS =
De tumor is niet-invasief: carcinoma in situ (DCIS of LCIS).
T1 =
De tumor is kleiner dan 2 centimeter.
T1mic =
De tumor is 0,1 cm of kleiner.
T1a =
De tumor is tussen 0,1 en 0,5 cm.
T1b =
De tumor is groter dan 0,5 en kleiner dan 1cm.
T1c =
De tumor is groter dan 1 en kleiner dan 2 cm.
T2 =
De tumor is tussen de 2 en 5 cm. groot
T3 =
De tumor is groter dan 5 cm.
T4 =
De tumor, van welke grootte dan ook, is in de borstwand, spieren en/of ribben of in de huid gegroeid.
T4a =
Er is uitbreiding van de tumor in de borstwand.
T4b =
Er is uitbreiding van de tumor in de huid van de borst.
T4c =
Er is uitbreiding van de tumor in de borstwand en in de huid van de borst
T4d =
Tumor met een ontstekingsachtig beeld van de huid
N =
Lymfeklier(-en) (Nodus).
N0 =
Er is geen tumor in de lymfeklier(-en)
N0 (i+) =
Er zijn losse tumorcellen (kleiner dan 0.2 mm) in de lymfklier(-en) gevonden.
N1 (mi) =
Er zijn micrometastasen tussen de 0,2 en 2 mm in de lymfklier(-en) gevonden.
N1 =
Er zijn uitzaaiingen van meer dan 2mm in 1 tot 3 klieren gevonden.
N2 =
Er zijn uitzaaiingen in 4 tot 9 klieren gevonden
N3 =
Er zijn uitzaaiingen in meer dan 9 klieren gevonden.
M =
Uitzaaiingen elders in het lichaam
M0 =
Er zijn geen aanwijzingen voor uitzaaiingen elders in het lichaam
M1 =
Er zijn (aanwijzingen voor) uitzaaiingen elders in het lichaam

Inleiding
Na uw behandeling van borstkanker start u met het nazorgtraject. In deze folder leest u meer over het nazorgtraject, wat u kunt verwachten en wie u kunt benaderen bij vragen en/of klachten. Daarnaast staan de meest voorkomende mogelijke gevolgen van uw behandeling in deze folder beschreven. Als laatste is uw persoonlijk nazorgplan opgenomen in deze folder.

Nazorgtraject (de follow up)
Het nazorgtraject bestaat uit de nacontroles waar onder andere lichamelijk onderzoek gedaan wordt. De nazorg is er om te blijven controleren of de borstkanker weg is. Daarnaast is het een belangrijk onderdeel van de nazorg voor u als patiënt. Daarom is er aandacht voor emotionele, sociale, praktische en psychische problemen die u mogelijk ervaart. Tijdens de eerste controle afspraak (na uw behandeling) met de mammacareverpleegkundige bespreekt zij samen met u de behandeling die u heeft ondergaan, hoe u deze ervaren heeft en uw mogelijke behoefte aan nazorg. De mammacareverpleegkundige kan u bijvoorbeeld helpen met klachten die als gevolg van uw behandeling zijn ontstaan en /of bij het verwerken van uw ziekte. Er wordt besproken of u zelf iets tegen de klachten kunt doen en zo nodig wordt u doorverwezen naar een gespecialiseerde zorgverlener.

De uitslag van het weefsel onderzoek
De uitslag van het microscopisch onderzoek van het verwijderde borstklierweefsel en de lymfeklieren is met u besproken op de polikliniek. Het is niet eenvoudig om al deze informatie in één keer te onthouden. De uitleg hieronder is ervoor bedoeld om thuis nogmaals door te lezen als u daar behoefte aan hebt.

Uitbreiding in de borst
Borstkanker ontstaat vrijwel altijd uit cellen die de melkgang of melkklier bekleden. Daarbij ontstaat eerst veelal een voorstadium. Dit hoeft nog niet tot borstkanker te leiden en dit vormt in de meeste gevallen ook geen tumor (‘zwelling’). Voor borstkanker is de belangrijkste vraag of deze zich heeft uitgebreid (ingroei in de omgeving) buiten het kleine deel van de borst waarin hij is ontstaan.

Als de ziekte zich heeft uitgebreid buiten de melkgangen, dan is echt sprake van borstkanker en noemt men deze ‘invasief’ of ‘infiltrerend’. Als er nog geen sprake is van invasie, dan noemt men dit ‘in situ’, dus beperkt tot de melkgangen of melkklieren in de borst. Als er sprake is van borstkanker, dus als er invasieve groei is, dan kunnen deze soms ook via het bloed of de lymfebanen uitzaaien naar andere delen van het lichaam.

Uit het pathologieverslag komt een van de volgende beschrijvingen van de tumor:
Bij u is de volgende vorm van borsttumor geconstateerd:
Hoe sterk wijken de tumorcellen af van gewone cellen?
Pathologen (artsen die gespecialiseerd zijn in het herkennen van verschillende soorten cellen en hun specifieke eigenschappen) vergelijken de weggenomen tumorcellen met gezonde borstcellen. Deze vergelijking wordt ‘gradering van de tumor’ genoemd:Bij DCIS kan de volgende gradering aangehouden worden:
Uw uitslag voor de gradering is:

Tumor:
DCIS:
  • Graad 1
  • Graad 2
  • Graad 3

De grootte van de tumor
Artsen meten de tumor in millimeters/centimeters. De tumorgrootte is één van de factoren waar uw behandelend arts naar kijkt om het stadium van de kanker vast te stellen. De grootte is dus wel belangrijk, maar het zegt niet alles. Een kleine tumor kan erg agressief zijn en een grote tumor kan langzaam groeien.

De tumorgrootte bij u is ______ mm of ______ cm.

Is de tumor in zijn geheel verwijderd?
In overleg met u, op basis van de uitbreiding van de tumor en in relatie tot wat cosmetisch mogelijk is, zal worden gekozen voor een borstsparende operatie of een borstamputatie. In alle gevallen geldt dat het belangrijk is dat er geen tumorcellen achterblijven. Indien de tumor uit de borst wordt verwijderd, zal de chirurg dan ook proberen rondom de tumor een extra rand (‘marge’) van gezond weefsel weg te snijden. Dit wordt gedaan om er zeker van te zijn dat de gehele tumor is weggenomen. Het gezonde weefsel rondom de tumor dat wordt weggesneden wordt de ‘resectiemarge’ genoemd. Het gezonde weggesneden weefsel wordt nauwkeurig onderzocht om vast te stellen of de tumor ruim genoeg is verwijderd en er geen kwaadaardige cellen zijn achtergebleven. Tevens wordt in het laboratorium bepaald tot hoever van het snijvlak er tumorcellen in het gezonde weefsel worden aangetroffen. Het snijvlak oftewel de marge rondom de tumor kan op drie manieren worden beschreven:

  • Focaal irradicaal:
    Over een beperkt deel van het snijvlak (4 mm of kleiner) worden tumorcellen aangetroffen. Dit is meestal geen probleem, mits er bestraling van het operatiegebied (de borst) volgt.
  • Meer dan focaal irradicaal:
    Er bevindt zich over een groter deel van het snijvlak (groter dan 4 mm) tumorcellen in de snijrand.
    Aanvullende behandeling is vaak noodzakelijk om terugkeer van de ziekte voorkomen. Uiteraard wordt dit met u in dergelijke gevallen besproken.
  • Radicaal:
    Er zitten geen tumorcellen in de snijranden; alle snijranden zijn 'schoon'

Uw uitslag voor de marge is:
  • Snijranden schoon
  • Snijranden vrijwel schoon (focaal irradicaal)
  • Snijranden niet schoon (meer dan focaal irradicaal)
Hebben de borstkankercellen zich verspreid naar de lymfeklieren? (vaak al voor de operatie bekend)
De aanwezigheid van tumorcellen in de lymfeklieren van de oksel is de belangrijkste voorspellende factor met betrekking tot de kans op uitzaaiingen elders in het lichaam. De lymfeklieren vormen als het ware een filter voor het lymfevocht. Lymfevocht stroomt door het gehele lichaam. Indien het lymfevocht de borst verlaat, gaat het eerst door de lymfeklieren. Deze proberen de tumorcellen te vangen om te voorkomen dat ze andere delen van het lichaam bereiken.

Er zijn …….. klieren verwijderd
Uw uitslag over het lymfe/okselkliertoilet is:
  • Geen (andere) uitzaaiingen meer gevonden
  • (Mini-) uitzaaiingen gevonden in ....... klieren
Zijn er tumorcellen aangetoond in de lymfebanen of bloedvaten?
In de borst zit een netwerk van bloedvaatjes en lymfebanen die de borst met andere lichaamsdelen verbindt. Via bloedvaten worden voedingsstoffen en met name zuurstof aangevoerd en afvalstoffen afgevoerd. De lymfebanen zorgen voor afvloed van het weefselvocht. Het risico op uitzaaiingen is verhoogd indien er tumorcellen in deze afvoerkanalen van de borst worden gevonden (lymfangioinvasie (L) en veneuze invasie (V)). Als dit wordt gevonden kan dit gevolgen hebben voor de behandeling met betrekking tot de bestraling.
  • Geen / wel (lymf) angioinvasie aangetroffen
Hebben de borstkanker cellen hormoonreceptoren?
Receptoren zijn voor cellen wat oren zijn voor de mens. Zij ’luisteren‘ naar signalen die van buiten de cel komen. Deze signalen kunnen onder andere worden overgebracht door hormonen. Borstkankercellen die hormoonreceptoren hebben (“hormoongevoelig” zijn) kunnen door deze hormonen worden aangezet tot groei.
Borstkankercellen kunnen receptoren hebben voor de hormonen oestrogeen en/of progesteron. We noemen dat hormoongevoelig.
  • Een tumor wordt ‘ER-positief’ genoemd als er oestrogeen-receptoren op de cellen aanwezig zijn.
  • Een tumor wordt ‘PR-positief’ genoemd als er progesteron-receptoren op de cellen aanwezig zijn.
De aanwezigheid van hormoonreceptoren wordt eerst getest op de biopten (stukjes weefsel) die zijn afgenomen en later meestal nogmaals op de tumor als deze verwijderd is. Hormoongevoelige tumoren worden vaak na behandeld met anti-hormonen; we noemen dit hormonale therapie. Door te behandelen met anti-hormonen, kunnen hormoongevoelige tumorcellen worden geremd in hun groei

Uw uitslag geeft voor de hormoonreceptoren:
  • ER-Negatief
  • ER- Positief
  • PR-Negatief
  • PR- Positief
Hebben de borstkankercellen HER2-receptoren?
Behalve hormoonreceptoren, kunnen borstkankercellen ook andere receptoren hebben die de groei van de kankercel stimuleren. Deze kunnen een aangrijpingspunt vormen voor behandeling. Bij 10-15% van de borstkankerpatiënten is er een verhoogde aanwezigheid (‘overexpressie’) van HER2-receptoren op de borstkankercellen. Deze tumoren worden HER2-positief genoemd.

Tegen deze eiwitten kunnen specifieke antilichamen gegeven worden. Deze blokkeren de groei-stimulerende werking van de HER2-receptoren en maken de tumorcellen bovendien beter zichtbaar voor cellen van de afweer. Deze behandeling wordt doelgerichte therapie genoemd .

Uw uitslag geeft voor de Her2-receptoren:
  • Negatief
  • Positief

De nazorg
De eerste 5 jaar na de operatie wordt jaarlijks afhankelijk van uw situatie een mammografie, echo of MRI gemaakt. Tevens wordt jaarlijks lichamelijk onderzoek verricht door de chirurg of verpleegkundig specialist. De nacontrole consulten vinden plaats op de mammapolikliniek van het SKB. Als u een oproep krijgt voor het Bevolkingsonderzoek Borstkanker (tijdens de nacontrole consulten) kunt u deze afzeggen.
De internist-oncoloog begeleidt het gebruik van de hormonale therapie. Zij/hij bespreekt zelf het controleschema met u. De radiotherapeut controleert middels lichamelijk onderzoek de eventuele late effecten van de bestraling. Indien gewenst/noodzakelijk wordt afgeweken van de richtlijnen.

De nacontrole consulten zullen er voor u ongeveer als volgt uit zien: Na 5 jaar is in principe het einde van het traject in het ziekenhuis. Afhankelijk van uw situatie zult u nog onder controle van het ziekenhuis blijven, voor controle naar uw huisarts gaan of terug gaan voor controle naar het bevolkingsonderzoek.

Gevolgen van de behandeling
Borstkanker en de daarbij behorende behandelingen kunnen klachten en ongemakken met zich mee brengen. Dit kan tijdens de behandelingen zijn maar vaak ook nog (lang) daarna. Daarnaast kunt u te maken krijgen met angst, onzekerheid en aantasting van uw gevoel van eigenwaarde. U kunt zich eenzaam voelen en moeite hebben om de draad weer op te pakken en uw werk te hervatten. Hoe uw lichaam en geest op de behandeling van borstkanker reageren, weet je niet van tevoren. Misschien zit u binnen een mum van tijd weer letterlijk en figuurlijk lekker in uw vel. Maar het kan ook zijn dat u, uw leven lang last houdt van de gevolgen van de behandeling.
De meest voorkomende gevolgen en/of problemen na behandeling van borstkanker zijn:
De gevolgen hangen af van de soort behandeling die u heeft gehad en van u als persoon. Bij specifieke klachten kan een professional u hulp bieden. Bespreek de klachten die u ervaart met uw behandelend chirurg, mammacareverpleegkundige, verpleegkundige specialist en /of huisarts. Zij kunnen u mogelijk doorverwijzen of hulp bieden.

Lastmeter
Met de lastmeter wordt in kaart gebracht hoe het met u gaat en welke problemen u mogelijk ervaart op lichamelijk, emotioneel, sociaal, praktisch en spiritueel gebied. Tijdens de behandeling hebt u de lastmeter ook al in meerdere keren ingevuld. Het is de bedoeling dat u de lastmeter tijdens het nazorgtraject ook (meerdere keren) in vult. De mammacareverpleegkundige, de verpleegkundig specialist of de chirurg bespreekt de antwoorden met u en kan u, zo nodig, doorverwijzen naar een gespecialiseerde zorgverlener. Voor meer informatie verwijzen wij u na de folder: ‘Lastmeter’.

Meer informatie
Hieronder hebben we een selectie van websites waar u wellicht interessante informatie kan vinden.

KWF Kankerbestrijding
Website: www.kwfkankerbestrijding.nl
Het voorlichtingscentrum van het KWF is gevestigd in Amsterdam. Persoonlijke vragen kunt u het beste bespreken met uw specialist, mammacareverpleegkundige of huisarts. Voor meer algemene vragen kunt u terecht bij het voorlichtingscentrum.

Nederlandse Federatie van Kankerpatiëntverenigingen (NFK)
Internet: www.nfk.nl
Bij de NFK kunt u informatie krijgen over patiëntenorganisaties voor mensen met een bepaalde soort kanker.

Borstkankervereniging Nederland BVN
Website: www.borstkanker.nl
Voor jonge vrouwen: http://www.de-amazones.nl
De borstkankervereniging Nederland is een vereniging die zich ten doel stelt het welzijn van borstkanker patiënten te bevorderen. Vrouwen en mannen die met borstkanker worden geconfronteerd kunnen morele steun of praktische informatie ontvangen van lotgenoten. De vrijwilligsters (ex-patiënten) weten uit eigen ervaring dat men soms vragen heeft en dat men wel eens rustig met iemand zou willen praten.

De vereniging:
Op de website wordt apart aandacht besteed aan de late gevolgen bij borstkanker.

Oriolus
Dit is dé ontmoetingsplek voor iedereen uit de regio Oost Achterhoek die met kanker in aanraking komt. Oriolus is gevestigd in Winterswijk. Voor meer informatie verwijzen wij u naar de website: www.oriolus-achterhoek.nl.

Nederlands Lymfoedeem Netwerk:
Website:www.lymfoedeem.nl
Organiseren verschillende activiteiten die er allemaal op gericht zijn om goede en verantwoorde informatie te geven.

Inloophuizen en psycho-oncologische centra:
Website: www.ipso.nl
Mensen met kanker en hun naasten kunnen terecht in een inloophuis, als zij behoefte hebben aan contact met gastvrouwen/ gastheren en/of lotgenoten. Ook kunt u er terecht voor informatie, activiteiten of om gewoon tot rust te komen.

Herstel na kanker
De ziekte kanker en de behandeling daarvan hebben voor veel patiënten aanzienlijke gevolgen op lichamelijk, psychisch en sociaal gebied. Per 2016 wordt revalidatie bij kanker als oncologische revalidatie aangeboden in ziekenhuizen en revalidatiecentra. Daarnaast zijn er de fysiotherapie, diëtetiek, psychologische zorg etc. bij praktijken in uw eigen omgeving.
Arbo en re-integratie
Als je langere tijd ziek bent en een baan of uitkering hebt, krijg je te maken met re-integratie. Hoe het herstel tijdens en na de behandeling verloopt, is voor iedereen anders. Veel mensen zijn gelukkig weer snel in staat hun baan op te pakken. Soms is volledig werken mogelijk, soms gedeeltelijk. De een gaat weer aan het gebruikelijke werk, de ander begint met aangepast werk.
Voor sommige mensen leidt het hebben van borstkanker echter tot een langduriger traject en zelfs tot blijvende arbeidsongeschiktheid.





Voor de invulling van deze folder is gebruik gemaakt van informatie van de borstkanker vereniging Nederland (www.borstkanker.nl) en Roche Nederland (www.roche.nl)

Zelfsignalering klachten en contactpersonen:
Bij de volgende signalen/klachten adviseren wij u contact op te nemen met de mammacareverpleegkundigen 0543 54 45 08
Bij overige vragen over lichamelijke, psychische en/of sociale problematiek kunt u contact opnemen met uw huisarts. Hierbij doelen we op lichamelijke klachten zoals:
Vervolgafspraken:








Foldernummer: mam327 versie feb 24


PIMS™ folderportaal door 4CLOUD®
  |