U bent door uw huisarts doorgestuurd naar de KNO-arts vanwege (mogelijke) neuspoliepen. In deze folder kunt u hierover meer informatie lezen.
Wat zijn neuspoliepen?Neuspoliepen zijn goedaardige zwellingen van het neusslijmvlies, die meestal ontstaan in de zeefbeenholte (één van de vier neusbijholten). De zeefbeenholte zit tussen neus en ogen. De poliepen zakken als een soort “slijmvlieszakje”vanuit de zeefbeenholte in de neus.
De oorzaak voor het ontstaan van neuspoliepen is nog onbekend. Er zijn factoren die de kans op neuspoliepen groter maken:
- allergische aanleg;
- chronische ontsteking van het neus- en neusbijholteslijmvlies;
- overactief reagerend neusslijmvlies;
- patiënten die lijden aan astma, met name in combinatie met intolerantie voor aspirine.
Neuspoliepen ontstaan bijna altijd aan beide kanten. Neuspoliepen kunnen op alle leeftijden voorkomen, vooral tussen 30 en 40 jaar, maar bijna nooit op kinderleeftijd. Eenzijdige neuspoliepen verdienen altijd extra onderzoek: het kan een uiting zijn van een éenzijdige kaakholteontsteking ten gevolge van bijvoorbeeld problemen met het bovengebit. Indien neuspoliepen ontstaan voor de pubertijd, kan er sprake zijn van cystic fibrosis. Dit wordt ook wel taaislijmziekte genoemd, een erfelijke ziekte waarbij de slijmproducerende klieren van onder andere de luchtwegen betrokken zijn, waaronder de neus, neusbijholten en de longen chronisch ontstoken zijn.
Welke klachten veroorzaken neuspoliepen?De belangrijkste klachten zijn neusverstopping, regelmatig optredend verkouden gevoel en een verminderde reuk en smaak. Minder vaak bestaan er klachten van hoofdpijn met een vol gevoel in het hoofd. In liggende houding verergeren meestal de klachten van neusverstopping. Verder blijkt dat een aandoening van de bovenste luchtwegen (neus en neusbijholten) veelal een nadelig effect heeft op het functioneren van de onderste luchtwegen (longen).
Hoe wordt de diagnose gesteld?Wanneer u bij een KNO- arts komt met bovengenoemde klachten zal deze eerst een algemeen onderzoek doen, waarbij onder andere in de neus gekeken wordt. Vaak zijn de –voor de KNO-arts karakteristieke – neuspoliepen op deze manier al zichtbaar. Soms zijn de neuspoliepen klein, verstopt en diep in de neus gelegen, zodat ze niet direct waarneembaar zijn. Deze poliepen kunnen zichtbaar worden gemaakt door het uitvoeren van een neusendoscopie. Dit is een kortdurend, poliklinisch onderzoek waarbij (met of zonder plaatselijke verdoving) met een dun ‘kijkertje’ hoger en dieper in de neus kan worden gekeken. Soms worden ook röntgenfoto’s van de neusbijholten gemaakt, bijvoorbeeld een sinusfoto of CT- scan.
Wat is de behandeling van neuspoliepen?Er zijn verschillende behandelingen. De keuze tussen de diverse vormen van behandeling is afhankelijk van de klachten en ook van de uitgebreidheid van de neuspoliepen.
1. MedicijnenBehandeling met een corticosteroïde, bevattende neusnevel of –druppels, kan een duidelijke verkleining van de poliepen en vermindering van de klachten geven. Het is in principe geen bezwaar deze medicijnen jarenlang te gebruiken. Men kan er echter niet vanuit gaan dat hiermee in alle gevallen de neuspoliepen verdwijnen. Corticosteroïden (bijvoorbeeld prednison) kunnen ook in tabletvorm of als injectie worden gegeven en geven vaak een opmerkelijke verbetering van de klachten. Deze toedieningsvorm van corticosteroïden mag vanwege de bijwerkingen slechts kortdurend zijn.
2. OperatieTwee operaties worden regelmatig verricht bij patiënten met neuspoliepen.
- Poliepextractie: Hierbij wordt, meestal onder plaatselijke verdoving, dat deel van de poliep verwijderd dat in de neus zichtbaar is. Het deel dat in de zeefbeenholte zit kan op deze manier niet worden verwijderd.
- (Endoscopische) neusbijholteoperatie (FESS): Bij deze operatie worden, onder plaatselijke of algehele verdoving, poliepen uit zowel de neus als de neusbijholten verwijderd.
Kans op een succesvolle behandeling?Bij sommige patiënten blijken neuspoliepen, ondanks behandeling met medicijnen en operatieve verwijdering, weer terug te komen. Dit is na poliepextractie vaker het geval dan na (endoscopische) neusholtechirurgie. Meestal wordt na de operatie langdurig een corticosteroïde- bevattende neusnevel gegeven, waardoor neuspoliepen mogelijk minder snel terugkomen. Ook is het in verband hiermee noodzakelijk een eventueel aanwezige allergie en ontsteking te behandelen. Behandeling van de aandoening van de bovenste luchtwegen heeft vaak een gunstig effect op het functioneren van de onderste luchtwegen.
Kunnen neuspoliepen kwaadaardig zijn?Er bestaan kwaadaardige neuspoliepen, maar deze komen zeer zelden voor. Wanneer een poliep een niet geheel normaal uiterlijk heeft en/of maar aan één kant voorkomt, is het altijd noodzakelijk om de poliep geheel of gedeeltelijk te verwijderen, zodat door de patholoog-anatoom (weefseldeskundige) weefselonderzoek kan worden gedaan. Zodoende kan met zekerheid worden vastgesteld of er sprake is van gewone neuspoliepen of van kwaadaardige neuspoliepen.
VragenHebt u na het lezen van deze folder nog vragen, neemt u dan telefonisch contact op met de polikliniek KNO. Wij zijn bereikbaar op werkdagen van 08.00 tot 16.30 uur op telefoonnummer: 0543 - 54 45 00.
Geheimhouding en recht op privacyAlle medewerkers van ons ziekenhuis hebben een geheimhoudingsplicht. Verder heeft u als patiënt recht op privacy. Uitgebreide informatie hierover kunt u vinden in de folder ‘De rechten en plichten van de patiënt’. Deze is verkrijgbaar op de afdeling en bij de patiënteninformatie in de centrale hal. Daarnaast is deze folder te vinden op:
www.skbwinterswijk.nlVoor de tekst in deze folder is gebruik gemaakt van de voorlichtingstekst van de Nederlandse Vereniging voor Keel- Neus- en Oorheelkunde en Heelkunde van het Hoofd -Halsgebied.