In deze informatiefolder staat beschreven wat een opname voor jou en voor uw kind inhoudt. De folder is verdeeld in twee delen: een deel voor kinderen en een deel voor de ouders.
Voor kinderen Een boekje over het ziekenhuisIn dit boekje lees je over het ziekenhuis. Je leest hoe de afdeling eruitziet, wie er werken, welke onderzoeken er zijn en wat er gebeurt als je geopereerd wordt. Voor je ouders staan er ook belangrijke dingen in, zoals: hoe ze bij jou kunnen blijven slapen, welke informatie ze aan de dokter moeten geven en wat er gebeurt als je weer naar huis mag.
Natuurlijk kunnen we niet alles in het boekje zetten. Heb je nog vragen? Vraag het dan gerust aan een verpleegkundige.
1. Naar het ziekenhuisBinnenkort moet je naar het ziekenhuis. Natuurlijk is dat niet altijd even leuk, maar je mag veel eigen spulletjes meenemen, zodat je je in het ziekenhuis een beetje ‘thuis’ voelt.
2. In het ziekenhuisAls je binnenkomt, ga je naar de kinderafdeling. Een verpleegkundige haalt je op. Die brengt je naar de onderzoekskamer of naar je eigen kamer. Soms moet je snel naar het ziekenhuis, omdat je ziek bent. Dan kijkt de dokter wat er aan de hand is. Daarna blijf je op de afdeling tot je weer beter bent.
De verpleegkundige wil graag van je weten:
- wat je lekker vindt om te eten, en wat niet;
- waar je graag mee speelt;
- hoe je je voelt.
Je krijgt een plastic bandje met je naam erop. Zo weet iedereen wie je bent, ook als je slaapt. Je wordt gewogen, gemeten en je temperatuur wordt gemeten.
Als je een operatie krijgt, vertelt een verpleegkundige of medisch pedagogisch zorgverlener wat er gaat gebeuren. Ze gebruiken een fotoboek om alles goed uit te leggen, zodat je precies weet wat er gaat gebeuren.
3. De kamers op de kinderafdelingOp de kinderafdeling zijn verschillende kamers. Hieronder leggen we uit waar de kamers voor zijn.
3.1 Kamers met meer kinderenJe ligt dan samen met andere kinderen. Je mag van je kamer af.
3.2 BoxDe box is een kamer waar je alleen ligt. Je komt hier als je een besmettelijke ziekte hebt, als je rust nodig hebt, of als de dokter denkt dat je sneller ziek kunt worden van andere mensen. Een besmettelijke ziekte is een ziekte die je aan anderen kunt geven.
De verpleegkundigen komen vaak bij je kijken. De medisch pedagogisch zorgverlener komt ook langs om met je een spelletje te doen of iets anders wat je leuk vindt. Zij praat ook met je over wat er de laatste tijd is gebeurd. Je broertjes en zusjes mogen natuurlijk ook langskomen.
Soms moet het bezoek een schort aandoen en goed hun handen wassen voordat ze bij je binnenkomen. Als ze weer weggaan, wassen ze opnieuw hun handen en doen ze het schort uit.
3.2 SpeelkamerIn de speelkamer doe je leuke dingen, net zoals thuis. Je kunt er fruit eten, spelen, knutselen, televisie kijken en nog veel meer. Je hoeft je dus niet te vervelen!
De speelkamer is alleen voor plezier en ontspanning. Hier worden geen onderzoeken of bloedafnames gedaan.
Als je op je kamer moet blijven, komt de medisch pedagogisch zorgverlener naar jou toe. Je broertjes en zusjes mogen ook in de speelkamer komen spelen.
Als er ander bezoek komt, ga je even terug naar je eigen kamer. Is het te druk in de speelkamer? Dan kan de medisch pedagogisch zorgverlener vragen of jij en je broertjes en zusjes terug naar je kamer willen gaan.
3.3 ZiekenhuisschoolAls je langer in het ziekenhuis blijft, nemen wij contact op met OZL (onderwijs zieke leerlingen). Een juf van de “ziekenhuisschool” praat dan met je eigen juf of meester over wat jij op school doet. Ze probeert dan zoveel mogelijk hetzelfde met jou te doen als op je eigen school. Meestal komt de juf bij je op je kamer of op een rustig plekje.
4. Wat gebeurt er allemaal in het ziekenhuisHoe ziet een dag in het ziekenhuis eruit?
4.1 OntbijtenKinderen die uit bed kunnen, mogen naar de speelkamer om daar te ontbijten of aan tafel op hun kamer. De kinderen die nog niet uit bed kunnen, krijgen ontbijt op bed. Soms zijn kinderen nog te ziek om te eten en willen ze nog veel slapen. Andere kinderen mogen ’s ochtends nog niet eten, dit heet ‘nuchter blijven’. Dit is belangrijk, bijvoorbeeld voor onderzoeken of als je geopereerd wordt. Voor een operatie mag je kort van tevoren niet eten, want anders kun je misselijk worden. Dat willen we voorkomen.
4.2 OnderzoekenNu je in het ziekenhuis bent, worden er verschillende onderzoeken gedaan. Bijvoorbeeld van je plas en je bloed. Sommige dingen kunnen we niet zomaar zien, daarom ga je soms naar de röntgenafdeling. Je gaat dan samen met een verpleegkundige of medisch pedagogisch zorgverlener. Eén van je ouders of begeleider mag ook met je mee.
4.3 RöntgenfotoOp de röntgenafdeling maken ze foto’s van je lichaam van binnen, bijvoorbeeld van je longen of je darmen. Meestal moet je op een speciale tafel liggen, maar soms blijf je staan. Een verpleegkundige of dokter staat achter een scherm, en het is er een beetje donker. Je voelt niets als de foto wordt gemaakt. Het apparaat maakt wel een geluid, een beetje zoals een stofzuiger.
4.4 Bloedafname Soms heeft de dokter wat bloed van je nodig om te kijken hoe het met je gaat. Gelukkig gebruiken we daarvoor 'toverzalf'. Deze zalf doen we een half uur van tevoren op je huid, zodat je er heel weinig van voelt!
Als je een vingerprik krijgt, helpt het als je hand lekker warm is. Daarom krijg je een warme hotpack die je vast moet houden.
Voor de bloedafname doen we een strakke band om je arm. Hierdoor komt het bloed makkelijker in het buisje. Op het buisje zetten we jouw naam, en daarna onderzoeken ze het bloed in het laboratorium.
4.5 OperatieMisschien moet je een operatie krijgen. Kort voordat het zover is, krijg je een operatiejas aan. Dit is een gekleurde jas met drukknopen.
4.8 Slapen tijdens de operatieDe verpleegkundige, papa of mama of je begeleider brengen je in je bed naar de operatiekamer. De mensen die daar werken, dragen gekleurde pakken en mutsen. De verpleegkundige of medisch pedagogisch zorgverlener en papa of mama krijgen ook zo’n pak aan.
Je gaat hier slapen, dat kan op twee manieren: met een infuus of met een kapje. Het kapje krijg je op je neus en mond. Daarmee val je in slaap.
Voordat je een infuus krijgt, smeren ze eerst op de afdeling toverzalf op je huid. Zo voel je bijna niets van het prikken. Je valt heel snel in slaap. Probeer maar eens te tellen hoe ver je komt! Papa of mama blijft bij je tot je slaapt.
4.9 UitslaapkamerNa de operatie ga je naar de uitslaapkamer. Papa of mama of je begeleider mag weer bij je zijn. Op de uitslaapkamer liggen kinderen en volwassenen. Als je goed wakker bent, brengt de verpleegkundige je terug naar je eigen kamer.
Voor oudersIn deze folder leest u algemene informatie over het verblijf op de kinderafdeling. Het is belangrijk om te weten dat de situatie van u en uw kind anders kan zijn dan wat hier staat.
We beginnen met tips over hoe u met uw kind kunt praten over de opname. Daarna vindt u praktische informatie over het verblijf op de kinderafdeling in ons ziekenhuis.
Voorbereiding bij een geplande opnameHet is goed om met uw kind te praten over het ziek zijn en de opname. Vertel uw kind eerlijk wat er in het ziekenhuis gaat gebeuren. Zo heeft uw kind de tijd om alles rustig te verwerken of er uitgebreider over te praten. Begrijpt uw kind het niet helemaal de eerste keer? Vertel het dan zo vaak als nodig is. U kunt uw kind ook zeggen dat het heel normaal is om verdrietig te zijn in het ziekenhuis. Dat het mag huilen als het pijn heeft. De dokters en verpleegkundigen vinden dat helemaal niet erg. Het is ook goed om de andere kinderen in uw gezin erbij te betrekken en met hen over de opname te praten.
Geplande opnameAls ouder wilt u natuurlijk weten hoe lang uw kind in het ziekenhuis blijft. De arts kan dit soms niet meteen zeggen, omdat eerst bijvoorbeeld de uitslagen van een onderzoek moeten komen. Als de arts meer weet over de ziekte en de behandeling, kan hij u meestal beter vertellen hoe lang de opname duurt. Het is vaak niet precies op een dag te zeggen. Daarom is het verstandig om geen vaste verwachtingen te hebben, want die kunnen later anders zijn.
Op de dag van opname verwachten wij u en uw kind op de afgesproken tijd op de kinderafdeling. Wilt u een geldig legitimatiebewijs meenemen? Dat kan een paspoort, identiteitskaart, rijbewijs of vreemdelingendocument zijn.
De kinderafdeling ligt helemaal achteraan in de centrale gang. De secretaresse belt een verpleegkundige, die de opname begeleidt.
Acute opnameUw kind kan direct worden opgenomen op de kinderafdeling, via de huisarts of de Spoedeisende Hulp. Dit noemen we een 'acute opname'. Bij een acute opname onderzoekt de behandelend arts eerst het lichaam van uw kind en vraagt u om informatie. Daarna bepaalt de arts welke behandeling nodig is en of er nog meer onderzoeken moeten gebeuren.
OpnamegesprekWaar uw kind wordt opgenomen, hangt af van de leeftijd en de reden van opname. De kinderafdeling is verdeeld in drie delen: de boxen, de zalen en de neonatologie. Tijdens het opnamegesprek vertelt een verpleegkundige aan u en uw kind meer over de afdeling. Vaak kunt u ook helpen bij de verzorging van uw kind. De verpleegkundige vraagt u en uw kind om informatie, zodat we uw kind zo goed mogelijk kunnen helpen in deze moeilijke tijd.
Informatie over uw kindInformatie over uw kind geven we alleen aan de ouders. Als iets niet duidelijk is, vraag dan uitleg aan de verpleegkundige. De behandelend arts komt elke dag op visite op de afdeling. Wilt u een gesprek met de arts? Vraag dit dan aan de verpleegkundige, dan regelt zij het voor u.
Ouders en bezoekOp onze afdeling geldt een bezoekregeling. Ouders, broertjes en zusjes mogen de hele dag op bezoek komen. Voor andere bezoekers hangen de bezoektijden af van de kamer waar uw kind ligt. Vraag dit aan de verpleegkundige. Bezoekuur geldt ook voor vriendjes en vriendinnetjes. Zij mogen alleen onder begeleiding komen en maximaal met twee tegelijk. U blijft verantwoordelijk voor deze kinderen, ook als ze op de buitenspeelplaats spelen. Spelen is op eigen risico. We vinden het fijn als u overlegt met een verpleegkundige als er extra bezoek komt. Alleen ouders mogen met hun kind de afdeling verlaten. Wilt u dat doen? Overleg dit dan eerst met een verpleegkundige.Als er onverwachts meer bezoekers tegelijk komen, overleg dan met een verpleegkundige of dat goed is voor uw kind en de andere kinderen.
Natuurlijk mogen bezoekers niet verkouden zijn of contact hebben gehad met iemand die een kinderziekte heeft.
Bij uw kind blijvenU mag als ouder de hele dag bij uw kind blijven. Eén ouder mag ook bij uw kind slapen. Het is heel belangrijk voor een kind dat een ouder erbij is. U kent uw kind het beste en weet hoe het kan reageren. Het is voor uw kind fijn en geruststellend dat u er bent.
We begrijpen dat dit voor ouders soms zwaar kan zijn. Daarom is het goed om elkaar af te wisselen of af en toe even naar huis te gaan. Overleg met de verpleegkundige wat het beste voor u is.
U helpt uw kind ook door het soms even alleen te laten. Zo kan uw kind wennen aan de nieuwe situatie en merkt het dat u steeds terugkomt. Dit is belangrijk voor het vertrouwen van uw kind. Het is fijn als u vertelt wanneer u terug bent, bijvoorbeeld door het op het planbord te zetten. Houd u aan deze tijden, zodat uw kind niet teleurgesteld wordt. Wachten gaat voor kinderen in het ziekenhuis vaak langzaam.
Als u erbij bent, mag u de verzorging van uw kind zoveel mogelijk zelf doen, zoals wassen en eten of de fles geven. Ook mag u samen met de verpleegkundige uw kind helpen bij onderzoeken of als uw kind naar de operatie- of uitslaapkamer gaat.
's Nachts bij uw kind blijvenZoals u hebt kunnen lezen, is het mogelijk om ’s nachts bij uw kind te blijven. Dat noemen we rooming-in. U kunt dit met een verpleegkundige bespreken. Het ziekenhuis biedt hiervoor een stretcher naast het bed van uw kind, een douche en ontbijt aan. Uw aanwezigheid doet uw kind meestal erg goed.
Let wel: de controles van uw kind en van de andere kinderen gaan gewoon door. Daarom kan het zijn dat u ’s nachts soms wakker wordt. Ouders kunnen elkaar ’s nachts afwisselen.
Als u besluit om bij uw kind te blijven, is het fijn om uw andere kinderen erbij te betrekken. Vertel hen dat broertje of zusje u nu extra nodig heeft in het ziekenhuis. We vragen u ’s morgens zelf uw bed op te maken, in te klappen en uw spullen op te ruimen, zodat de zorgassistent haar werk kan doen. We begrijpen dat niet iedereen zo vaak bij het kind kan zijn als hij of zij wil. Wij helpen u graag en kunnen de verzorging en opvang van uw kind tijdelijk overnemen als dat nodig is.
Afscheid nemen als u naar huis gaatAfscheid nemen is vaak een moeilijk moment voor uw kind. Zeg daarom duidelijk dat u weggaat. Ga nooit stiekem weg, want dan vertrouwt uw kind u niet meer.
Neem altijd echt afscheid en kom daarna niet nog een keer terug om weer afscheid te nemen.
Als uw kind oud genoeg is om het te begrijpen, kunt u ook zeggen wanneer u weer terugkomt.
Eten in het ziekenhuisVan 12.00 uur tot 13.30 uur kunt u in het bezoekersrestaurant een warme maaltijd of een broodmaaltijd eten. Het is ook mogelijk om samen met uw kind op de afdeling te eten. Overleg dit wel eerst met de verpleegkundige of zorgassistente. Voor andere maaltijden of tussendoortjes kunt u ook naar het bezoekersrestaurant gaan. Koffie en thee kunt u zelf pakken in de ouderkamer of in de boxengang op de afdeling. U mag ook eten van thuis meenemen. In de ouderkamer is een magnetron waar u het eten kunt opwarmen.
Indeling van de kinderafdelingDe kamer waar uw kind verblijft, hangt af van de leeftijd en gezondheid van uw kind.
MeerpersoonskamerOp elke kamer staan twee of drie bedden. We proberen kinderen zoveel mogelijk bij leeftijdsgenootjes op de kamer te plaatsen. Jongens en meisjes kunnen samen op één kamer verblijven.
BoxEen box is een kamer waar een kind alleen ligt. Dit kan nodig zijn als het kind rust nodig heeft of als er een infectie is of wordt vermoed. Ook de leeftijd kan bepalen of een kind alleen op de box ligt.
De verpleegkundige bespreekt met u of u speciale regels moet volgen als u de box in- of uitgaat. Bezoektijden op de box zijn in overleg met de verpleegkundige, omdat er vaak extra maatregelen nodig zijn. Voor ouders geldt altijd dat ze 24 uur per dag bij hun kind mogen zijn.
NeonatologieOp de afdeling neonatologie liggen baby’s die te vroeg geboren zijn, te klein zijn, of een moeilijke start hebben gehad.
VeiligheidVoor de veiligheid van uw kind is het belangrijk dat u deze regels goed volgt:
Het bedhek moet helemaal omhoog staan (niet half). Zo kan uw kind niet uit bed rollen.Geen speelgoed in het bed waar uw kind op kan klimmen.
Het armbandje met de naam van uw kind moet om de arm of het been, niet aan het bed:Maxi-Cosi mag alleen op de grond, niet op de tafel:Blijf altijd bij uw kind en laat u niet afleiden:Ondersteuning van andere zorgverlenersNaast verpleegkundigen en artsen kunt u en uw kind ook andere hulpverleners tegenkomen. Hieronder leest u wat zij voor u kunnen betekenen.
Medisch pedagogisch zorgverlener Kinderen zijn kwetsbaar en hebben soms een steuntje nodig om met lastige situaties om te gaan. Een ziekenhuisopname is zo’n lastige situatie. De medisch pedagogisch zorgverlener helpt uw kind op verschillende manieren. Dat steuntje is voor elk kind anders. Voor alle kinderen werkt afleiding en spelen goed om te ontspannen. Ook kunnen moeilijke dingen nagespeeld worden, zodat het makkelijker wordt om het te verwerken.
In het ziekenhuis krijgt een kind veel informatie. De medisch pedagogisch zorgverlener helpt om uw kind goed voor te bereiden op onderzoeken, narcose of behandelingen. Ze gebruiken speciale informatie die past bij de leeftijd en beleving van uw kind. Zo hoeft uw kind niet te veel te piekeren. Bijvoorbeeld met fotoboeken, spelmateriaal of echte ziekenhuisspullen maakt uw kind de omgeving en de behandeling beter vertrouwd.
De medisch pedagogisch zorgverlener helpt ook ouders. Door het ziekenhuis kunnen kinderen anders gaan reageren. De zorgverlener kan uitleg geven over waarom uw kind zo doet. Zo kunt u er beter mee omgaan.
De medisch pedagogisch zorgverlener is er van maandag tot en met vrijdag en soms in het weekend. Is zij er niet, dan helpt de verpleegkundige u natuurlijk verder.
Kinder Zorg, Onze ZorgAlle medewerkers in het ziekenhuis letten goed op de veiligheid en het welzijn van kinderen die op de spoedeisende hulp of de kinderafdeling zijn. Tijdens het onderzoek, het invullen van formulieren of het verblijf kan soms het vermoeden ontstaan dat er problemen zijn thuis of in de opvoeding.
Als we denken dat de veiligheid van uw kind in gevaar kan zijn, bespreekt de arts dit eerlijk en open met u. Jongeren vanaf 12 jaar worden ook bij dit gesprek betrokken. Als blijkt dat er problemen zijn waarbij de veiligheid van het kind of de jongere niet altijd zeker is, zoeken we samen met u naar oplossingen.
Daarna praten we over welke hulp er gegeven kan worden. Soms is het nodig om de situatie te bespreken met deskundigen in de speciale Werkgroep “Kinder Zorg”. Als dat gebeurt, nemen we contact met u op en soms ook met andere belangrijke mensen, zoals de huisarts of schoolarts.
Op deze manier willen we kinderen, jongeren en ouders de hulp geven die het beste bij hun situatie past.
Maatschappelijk werk, psycholoog of orthopedagoogAls uw kind ziek is, kunnen verschillende dingen meespelen. Dit kan niet alleen invloed hebben op hoe uw kind zich ontwikkelt, maar ook op hoe uw kind en u zich voelen en hoe het thuis gaat. Soms wil de arts advies vragen aan de maatschappelijk werker, psycholoog of orthopedagoog. Dit bespreken we altijd eerst met u. Samen kijken we welke hulp het beste bij u past.
Geestelijk verzorgingSoms willen ouders graag een vertrouwelijk gesprek, bijvoorbeeld ook op basis van het christelijk geloof. Wij kunnen een afspraak voor u maken met de geestelijk verzorgers die bij ons ziekenhuis horen.
CliniclownsRegelmatig komen de Cliniclowns op bezoek om de kinderen te verrassen en op te vrolijken. We vertellen de kinderen van tevoren over dit bezoek, zodat ze ernaar uit kunnen kijken.
OnderwijsVoor uw kind is het fijn om niet achter te raken op school. Als uw kind zich goed genoeg voelt om te leren, een gewoon dagritme wil houden en langer in het ziekenhuis moet blijven, kan het les krijgen in het ziekenhuis. Wij nemen dan contact op met OZL (onderwijs zieke leerlingen). Zij zorgen dat de lessen bij de school van uw kind passen. Soms kan een kind na het ziekenhuis ook langere tijd niet naar school. OZL kan dan ook onderwijs bij u thuis regelen.
Naar huisZodra het duidelijk is dat uw kind naar huis mag, laten wij u dat zo snel mogelijk weten. Wanneer u dit aan uw kind vertelt, hangt af van de leeftijd van uw kind. Is uw kind nog klein en weet het nog niet goed wat tijd is? Vertel het dan het beste de dag vóór het naar huis gaan.
De arts en de verpleegkundige geven u alle belangrijke informatie over de voeding, medicijnen, behandeling en wat u thuis moet doen. Ook maken we afspraken over wanneer u eventueel terugkomt bij de arts voor controle op de polikliniek.
Heeft u nog vragen? Stel ze gerust! De arts of verpleegkundige helpt u graag. De dag na het naar huis gaan, belt een verpleegkundige van de afdeling u thuis om te vragen hoe het gaat en of u nog vragen heeft.
Weer thuisSoms merk je pas thuis dat je kind last heeft van dingen, ook al ging alles in het ziekenhuis goed. Dit kan heel normaal zijn. Je kind kan nu pas laten zien wat het moeilijk vond, waar het bang voor was of verdrietig van werd.
Als je kind nog te klein is om te vertellen wat er is, laat het dat zien in zijn gedrag. Misschien is het stil en teruggetrokken, of juist druk en boos. Het kan ook slecht eten of slapen, nachtmerries hebben of erg aan jou vastklampen.
Probeer rustig en geduldig te zijn en te kijken wat er aan de hand is. Meestal gaat het na een paar dagen weer beter. Maar als het volgens jou te lang duurt, neem dan contact op met de huisarts.
Handig om te wetenHieronder leest u algemene informatie zodat u zich goed kunt voorbereiden op het verblijf in ons ziekenhuis.
Wat u mee moet nemen:
- Een geldig identiteitsbewijs voor uw kind, bijvoorbeeld een paspoort, identiteitskaart, rijbewijs of vreemdelingendocument.
- Een lijst met de namen en doseringen van de medicijnen die uw kind gebruikt.
Wat u niet mee moet nemenWij raden u sterk af om waardevolle spullen of geld bij uw kind achter te laten. Het ziekenhuis is niet verantwoordelijk als iets kapot gaat of kwijt raakt.
Toestemming voor een behandeling door kind en/of oudersVolgens de WGBO (Wet Geneeskundige Behandelovereenkomst) mag een behandeling alleen gebeuren als het kind en/of de ouders toestemming geven. Wie toestemming mag geven, hangt af van de leeftijd van het kind. Voor toestemming moeten het kind of de jongere en de ouders eerst informatie krijgen van de dokter of behandelaar.
De dokter legt in duidelijke taal uit:
- wat het doel is van het onderzoek of de behandeling
- wat er precies gedaan wordt
- wat het resultaat kan zijn
- welke risico’s er zijn
- en of er misschien andere mogelijkheden zijn
Kinderen jonger dan 12 jaar- Zowel u als uw kind krijgen uitleg over wat er aan de hand is en wat er gedaan kan worden
- De ouders geven toestemming voor het onderzoek of de behandeling
Meer over toestemming en informerenAls patiënt hebt u niet alleen rechten, maar ook plichten. U moet de zorgverlener voldoende informatie geven, zodat hij of zij een goede diagnose kan stellen en u of uw kind goed kan behandelen.
Meer informatie over rechten en plichten voor ouders, patiënten en zorgverleners vindt u op:
Meer informatie leest u in de folder:
De rechten en plichten van de patiënt.
KlachtenHet is mogelijk dat u niet tevreden bent over bepaalde onderdelen van de behandeling of het verblijf in het ziekenhuis. Een ziekenhuis is een complexe organisatie, en er kan iets gebeuren waarover u een klacht heeft. Bespreek dit bij voorkeur eerst met de betrokken medewerker. Wilt u liever met iemand anders spreken of een officiële klacht indienen, dan kunt u terecht bij de Klachtenfunctionaris. Meer informatie hierover vindt u in de folder '
Heeft u een klacht, maak het kenbaar'.VragenHeeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Aarzel dan niet om contact op te nemen met de kinderafdeling. Wij helpen u graag verder. Telefoonnummer:
0543 54 44 95.VoorleesboekenVoor geschikte (voor)leesboeken kunt u terecht op onze
website.
Geheimhouding en recht op privacyAlle medewerkers van ons ziekenhuis hebben een geheimhoudingsplicht. Verder heeft u als patiënt recht op privacy. Uitgebreide informatie hierover kunt u vinden in de folder ‘
De rechten en plichten van de patiënt’. Deze is te vinden op:
folders.skbwinterswijk.nl
De illustraties in deze folder zijn gemaakt door Lucretia Kuijpers.