De gynaecoloog heeft bij uw kind hydronefrose vastgesteld. Sinds de invoering van de 20 weken echo worden er veel afwijkingen in het urinewegstelsel gevonden. In deze folder leggen wij u uit wat hydronefrose inhoudt en hoe het verloop na de geboorte is. De informatie in deze folder geeft u een algemeen beeld van wat u kunt verwachten. In uw situatie kunnen andere adviezen of procedures van toepassing zijn. Deze folder is dan ook slechts een aanvulling op de specifieke (mondelinge) voorlichting van uw arts of behandelaar.
In de aanleg van het urinewegstelsel komen regelmatig afwijkingen voor. Sommige afwijkingen zijn relatief onschuldig (bv een dubbelsysteem), andere kunnen wel ernstig zijn en leiden tot nierfalen. Ook kan de kans op urineweginfecties verhoogd zijn. Daarom wordt soms na de geboorte antibiotica bescherming gegeven. Sommige afwijkingen zijn erfelijk en van andere afwijkingen weten we nog niet goed waarom ze ontstaan. Er worden wel steeds meer genen ontdekt (stukjes DNA) die een rol spelen in het ontstaan van afwijkingen in het urinewegstelsel.
Ontwikkeling van nieren en blaasDe nieren, de urineleiders en de blaas met de plasbuis vormen het urinewegstelsel. De nieren ontstaan in de 4e week van de zwangerschap. Het zijn 2 buisjes (de voorlopernieren) die uitgroeien naar beneden en contact maken met een holte wat later de blaas wordt. Zo ontstaan de oernieren. Onderaan die buisjes, vlak bij de inmonding in de blaas ontstaat de ureterknop. Deze knop groeit uit en maakt contact met het omliggende weefsel. Uit de ureterknop ontstaat de urineleider, het nierbekken en de nierkelkjes en verzamelbuizen, uit het omliggende weefsel ontstaan de nefronen, kleine eenheden die bloed filteren en urine produceren. Zo ontstaat de definitieve nier, die vanaf de 9e week in de zwangerschap al werkt en urine produceert. De buizen van de oernier verdwijnen bij meisjes, bij jongens worden het de uiteindelijke zaadleiders.
Aangeboren afwijkingen van de nieren en/of blaas De meest gevonden echo afwijking van de nieren is een verwijding of uitzetting van het nierbekken (dilatatie van het pyelum of hydronefrose genoemd).
Het blijkt dat een verwijding in het ontstaan van de nier tijdelijk kan voorkomen en ook weer kan normaliseren. Daarom zijn er afspraken gemaakt over wat de verwijding mag zijn als in de 20e week van de zwangerschap een echo wordt gemaakt en wanneer er een uitgebreider onderzoek moet volgen bij 30 weken. Afhankelijk van de nierbekkendiameter op dat moment wordt een vervolgbeleid ingesteld.
Wat hydronefrose isUrine wordt gemaakt door de nieren en verzameld in het nierbekken van de nier. Vervolgens stroomt de urine via de urineleider van het nierbekken naar de blaas. Als de blaas vol is, knijpt deze samen, en verlaat de urine via de plasbuis het lichaam. Vóór de geboorte komt de urine in het vruchtwater terecht.
Hydronefrose is een ander woord voor uitzetting van het nierbekken/verzamelsysteem, door een opstapeling van urine. Het varieert hoe ernstig de hydronefrose is en het kan verschillende oorzaken hebben. In de milde vormen is het soms een voorbijgaande uitzetting van het nierbekken, waarbij de nieren geen schade oplopen. Maar de uitzetting kan ook ernstiger zijn, waarbij er druk ontstaat op de nieren, wat gevolgen kan hebben voor de nierfunctie. In de meeste gevallen heeft uw baby geen last van de opstapeling van urine, oftewel hydronefrose.
Oorzaken
Bij hydronefrose kan sprake zijn van één van de volgende oorzaken:
- Een wat minder fraai aangelegde vorm van het nierbekken, dit blijft stabiel en leidt niet tot een probleem.
- Een vernauwing van de overgang van het nierbekken naar de ureter; de uretero-pelviene-junction oftewel de UPJ stenose. Hierbij kan de geproduceerde urine niet goed weg uit het nierbekken waardoor dit opzwelt en in het ergste geval ook het goed functionerende nierweefsel kan beschadigen. De vernauwing kan na de geboorte nog toenemen. Als de uitzetting zodanig is dat het nierweefsel onder druk komt te staan, dan is er reden voor een operatie.
- Terugstroom van urine uit de blaas omhoog naar de nier; vesico-ureterale reflux genoemd. Hierbij kan soms ook een wijde urineleider gezien worden. De urineleider heeft dan geen optimale inmonding in de blaas, waardoor de klepwerking onvoldoende is en urine terug kan stromen. Deze oorzaak heeft een risico op urineweginfecties. Bij milde vormen kan door groei de klepwerking alsnog verbeteren en is ingrijpen niet nodig. In ernstiger gevallen of bij veel infecties is verbetering van de inmonding in de blaas soms wel nodig.
- Een vernauwing in de plasbuis. Dit speelt vooral bij jongens. Die kunnen in hun plasbuis ter hoogte van de latere prostaataanleg weefselplooien hebben die voor een ernstige vernauwing van de urinestroom kunnen zorgen. Hierdoor zwelt de blaas op en kan de nier de urine niet goed lozen. Deze urethrakleppen kunnen voor ernstig nierfalen zorgen en zijn alleen zichtbaar met een kijkoperatie na geboorte door ervaren specialisten. Ook deze afwijking heeft risico op urineweginfecties.
Omdat voor de geboorte niet goed te zien is wat de hydronefrose precies veroorzaakt, wordt vaak standaard een lage dosis antibiotica gegeven om urineweginfecties te voorkomen. Ook wordt een vervolg echo van de nieren/blaas bij de baby gemaakt op de 7e-10e levensdag. Dan is de bloedstroom en urine-productie voldoende op gang gekomen en kunnen we het goed beoordelen.
Een afwijking op de echo kan in het nierweefsel zelf zitten in plaats van in het het urine- verzamelsysteem. Het kan dan gaan om:
- Hypoplasie; een te kleine nier met te weinig nefronen .
- Dysplastische nier; verstoring van het nierweefsel, mogelijk door beschadiging door ernstige afvloedbelemmering.
- Cysteuze nier; door de vorming van cysten wordt het gezonde nierweefsel weggedrukt en verliest zijn functie. Hierbij kan soms sprake zijn van een erfelijke aandoening.
Opsporing voor de geboorte Hydronefrose treedt vaak al vóór de geboorte op, in 1 tot 4 % van alle zwangerschappen. Uw gynaecoloog en verloskundige kunnen dit zien op de echo. Niet alleen het nierbekken kan verwijd zijn, ook de urineleiders of blaas kunnen uitgezet zijn.
Door dit echografisch onderzoek is er meestal al vóór de geboorte een uitspraak over de ernst van de verwijding en de achterliggende oorzaak mogelijk. Soms zijn er meerdere controles nodig om het beloop te controleren. In het Streekziekenhuis Koningin Beatrix is het streven om goede informatie te geven aan ouders, door de gynaecoloog dan wel de kinderarts. U kunt dan ook altijd een afspraak maken om in een persoonlijk gesprek vragen te stellen en uitleg te krijgen, ook al vóór de geboorte.
Opvang bij de geboorte
In ons ziekenhuis is er rondom een bevalling altijd een kinderarts beschikbaar. In de meeste gevallen is er bij de geboorte van een kind met hydronefrose geen kinderarts nodig en is er geen noodzaak tot opname op de neonatologie afdeling direct na de geboorte. De dag van geboorte of de volgende dag wordt het kind onderzocht door de kinderarts. Er wordt op gelet of het kind goed plast en er wordt een afspraak gemaakt voor een echo van uw kind. Aangezien kinderen de eerste dagen relatief weinig drinken en plassen, wordt echografie van de nieren bij voorkeur in de tweede levensweek uitgevoerd. De kinderarts heeft daarna een reëel beeld van de hydronefrose en bespreekt de uitslagen en het verdere beleid vervolgens poliklinisch met u.
Poliklinisch vervolg Het is mogelijk dat de eerste echo in de tweede week normaal is en er op dat moment geen verder vervolg nodig is. Afhankelijk van de uitzetting van het nierbekken worden er de nodige afspraken over hoe nu verder met u gemaakt.
Bij forsere hydronefrose zijn vaak aanvullende onderzoeken naar de nierfunctie (MAG3 scan) en soms de afvloed van de urine (mictiecystogram) nodig. Deze onderzoeken vinden meestal plaats in de tweede levensmaand. Als deze onderzoeken nodig zijn, wordt dit uiteraard eerst met u besproken en uitgelegd door de kinderarts. Bij het in plannen van het een eventueel vervolg onderzoek krijgt u ook nadere informatie.
De echografie en eventuele aanvullende onderzoeken zijn belangrijk voor uw kind. Het is de enige manier om vroegtijdig risico op nier schade te herkennen en te voorkomen. Goed werkende nieren zijn belangrijk voor de groei en ontwikkeling van uw kind.
Urineweginfectie Bij kinderen met hydronefrose is er een licht verhoogde kans op urineweginfecties. De symptomen zijn met name hoge koorts (meer dan 38.5 graden Celsius) in combinatie met slecht drinken, spugen en een algemeen gevoel van ziek zijn. In dat geval moet er urine gecontroleerd worden en een urinekweek worden afgenomen. Laat een urine onderzoek bij de huisarts afwijkingen zien, dan moet u contact opnemen met de kinderarts.
Bij een urineweginfectie schrijft de kinderarts een een antibioticum voor. Bij kinderen met hydronefrose willen we u dan ook vragen contact op te nemen met een arts bij koorts boven de 38.5 graden Celsius, zeker wanneer er geen andere oorzaak voor de koorts is, zoals b.v. een oorontsteking, verkoudheid of buikgriep.
Vragen
In het Streekziekenhuis Koningin Beatrix is het streven om goede informatie te geven aan ouders, door de gynaecoloog of de kinderarts. U kunt dan ook altijd een afspraak maken om in een persoonlijk gesprek vragen te stellen en uitleg te krijgen, ook al vóór de geboorte. Als u nog vragen heeft, dan kunt u contact opnemen met de polikliniek Vrouw/kind, via telefoonnummer 0543 54 46 50. Wij zijn bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.00 - 16.30 uur. Ook kunt u contact opnemen met uw verloskundige.
Geheimhouding en recht op privacyAlle medewerkers van ons ziekenhuis hebben een geheimhoudingsplicht. Verder heeft uw kind recht op privacy. Uitgebreide informatie hierover kunt u vinden in de folder ‘De rechten en plichten van de patiënt’. Deze is verkrijgbaar op de afdeling en bij de patiënteninformatie in de centrale hal. Daarnaast is deze folder te vinden op: www.skbwinterswijk.nl